Seksualiteit en zonde in de Bijbel

De verbinding tussen seksualiteit en zwangerschap – waar het eerder over ging- zie je ook terug in de kuisheidswetten en de leviraatswetten in het Oude Testament. Het begint al bij de bekende geschiedenis van Onan en Tamar (Gen 38:8-9). De kern van die geschiedenis ligt hierin dat Onan geen nageslacht voor zijn overleden broer wilde verwekken bij diens weduwe. Terzijde: het is wel bijzonder dat de kerk van voor en na de Reformatie op basis van Genesis 38:10 de masturbatie - alleen bij mannen(?)- en de gewoonte om bij het vrijen ‘voor het zingen de kerk uit gaan’ als zonde is gaan zien. Sterker nog, in het verleden heeft de kerk zowel masturbatie, homoseksualiteit als geslachtsgemeenschap/zwangerschap buiten het huwelijk als zware zonde gezien. En zodra het een zware zonde is ontkom je er niet aan om het af te wijzen en streng te veroordelen.

Daarmee is het nog maar de vraag of alle ‘gedwongen’ huwelijken die de kerk (in het nog niet zo lange verleden na openbare schuldbelijdenis vanwege voorechtelijke geslachtsgemeenschap, resulterend in een voorechtelijke zwangerschap) heeft laten sluiten ook altijd geleid hebben tot veilige huwelijken. Je zou als kerk ook de insteek kunnen kiezen dat de seksualiteit tot de geschapen werkelijkheid behoort. In die zin horen masturbatie (bedoeld zijn seksuele handelingen met jezelf M/V ongeacht je geaardheid) en homoseksualiteit (bedoeld zijn seksuele handelingen passend bij je geaardheid met iemand van hetzelfde geslacht M/V) en zwangerschap (een al dan niet beoogd biologisch gevolg van seksuele activiteit van man en vrouw) tot de geschapen werkelijkheid. Het valt niet te loochenen dat de geschapen werkelijkheid te lijden heeft onder de gevolgen van de zondeval, zoals bijvoorbeeld geldt voor de moeite rond een zwangerschap (Gen 3: 16ab). Het is overtrokken om buitenhuwelijkse zwangerschap als een schande te zien. Het kan vervelend zijn en allerlei onverwachte problemen opleveren als dat niet de bedoeling was. Maar die problemen zijn doorgaans oplosbaar en het is pas echt zonde als een verwekt kind niet in een veilige en beschermde omgeving geboren zou kunnen worden en op zou kunnen groeien. Het is onrechtvaardig en onrechtmatig om masturbatie en homoseksualiteit als het kwaad zelf te bestempelen, zonder eerlijk te zijn over de motieven die achter dit standpunt liggen. Om nog maar te zwijgen over de neiging om heteroseksuele zonden minder ernstig te vinden dan homoseksuele zonden.

In Deuteronomium 23:19 staat de volgende bepaling: ‘U mag in het heiligdom van de HEER, uw God, geen hoerenloon of schandegeld gebruiken voor het inlossen van een gelofte, want de HEER, uw God heeft van beide een afschuw’. Blijkbaar gaat het om geld dat is verdiend met prostitutie als vrouw of prostitutie als man. En dat geld mag men niet voor een vroom doel (een gelofte betalen) gebruiken. Wij focussen gemakkelijk op het gegeven dat God zegt daar een afschuw van te hebben. En het woord afschuw (of gruwel) valt vaak in het Oude Testament als het gaat over alles wat met ongeoorloofde praktijken te maken heeft. Er is veel gedrag van mensen wat Gods afschuw opwekt als het naast Gods heiligheid moet bestaan. Liever gezegd omdat het daarnaast niet kan bestaan. Maar blijkbaar gebeuren die dingen wel. Uit het feit dat ze veroordeeld worden blijkt dat ze voorkomen. De mens is tot vele misdragingen in staat. Niet alleen seksuele. Net zo goed tot misdaden tegen de sociale gerechtigheid. Daar is de Bijbel minstens zo stellig en duidelijk over, al hebben wij de neiging in het kerkelijke leven aan dergelijke zonden minder zwaar te tillen. De Bijbel heeft het opvallend vaak over de negatieve invloed van aardse (wereldse) begeerte. Het wordt tijd om aandacht aan de rol van begeerte en zonde te schenken. Daarover de volgende paragraaf.