Het Christelijk Gereformeerd Beraad roept op tot een vervroegde Generale Synode. Het doel van deze vervroegde synode is om duidelijkheid te krijgen over hoe er gehandeld zou moeten worden met onwillige gemeenten en classes die zich niet houden aan synodebesluiten, terwijl gelijktijdig de revisieverzoeken tegen het besluit over vrouw en ambt kunnen worden behandeld. Een voorstel dat onnodig en onverstandig is en waarvoor ook onvoldoende grond is.
Gewichtige redenen
De kerkorde biedt inderdaad de mogelijkheid om een vervroegde generale synode bijeen te roepen. Een vervroegde generale synode kan uitsluitend bijeengeroepen worden als daarvoor gewichtige redenen zijn. Die zijn er in dit geval niet. Zeker, het is duidelijk dat binnen het kerkverband sprake is van een controverse inzake het onderwerp vrouw en ambt. Die controverse leidt soms tot diepgaande meningsverschillen die tot de nodige onrust aanleiding geven binnen het kerkverband, maar dat op zichzelf brengt nog geen gewichtige redenen met zich mee. Uit het eigen overzicht van de stand van zaken van het Beraad blijkt dat het controversiële onderwerp op alle classes onderwerp van gesprek is. Die gesprekken zijn ook nog gaande, terwijl een groot aantal classes nog vervolgzittingen hebben om het gesprek voort te zetten. Bovendien ligt de kerkelijke weg open voor het indienen van revisieverzoeken en het instellen van appel. Uit alles blijkt dat het kerkelijk leven functioneert, ondanks dat dit functioneren de nodige moeite met zich brengt. Echter, dat sprake is van moeizame omstandigheden maakt niet dat daarom sprake is van gewichtige redenen om de synode vervroegd bijeen te roepen. Zoals het Beraad ook zelf erkent, lost het bijeenroepen van een vervroegde synode de problemen niet zonder meer op. De problemen zitten inderdaad dieper dan alleen kerkordelijk; het echte probleem is dat er besluiten zijn genomen die plaatselijke kerken in gewetensnood hebben gebracht. Er zijn synodebesluiten genomen die op onvoldoende draagvlak kunnen rekenen, omdat nota bene bijna 40% van de afgevaardigden tegen de synodebesluiten hebben gestemd. De werkelijkheid is dat de synode niet onderzocht heeft in hoeverre deze substantiële minderheid de genomen besluiten zouden kunnen dragen. Door de gevoelens en het geweten van deze afgevaardigden te negeren, zijn plaatselijke kerken geconfronteerd met besluiten die zij in geweten niet kunnen dragen bijvoorbeeld omdat die besluiten de plaatselijke saamhorigheid, eenheid en gehoorzaamheid aan God ondermijnen. Dergelijke besluiten zijn daarmee direct in strijd met artikel 31 K.O. zelf. Plaatselijke kerken kunnen en mogen die besluiten niet als rechtsgeldig aanvaarden.
Problematiseren
Het Beraad is er een meester in een verschijnsel te problematiseren door het uit te vergroten. Ook in dezen is daarvan duidelijk sprake; pas in juni 2019 is in de samenwerkingsgemeente van IJmuiden de eerste vrouwelijke ambtsdrager binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken bevestigd. Inmiddels zijn er een handjevol kerken bijgekomen, zoals de 3GK te Deventer, Nieuwegein, Arnhem, Hilversum, Lelystad en Zwolle. Op de 183 plaatselijke CGK kerken zijn er 8, waarvan 7 samenwerkingsgemeenten, die de ambten daadwerkelijk hebben opengesteld. Dat is slechts 4,4% van het totaal. Samenwerkingsgemeenten bevinden zich binnen de CGK in een bijzondere positie omdat zij een gemeenschap vormen die is samengesteld uit verschillende kerkverbanden. Er is geen sprake van een grootschalig probleem, wel van een specifiek probleem, namelijk dat samenwerkingsgemeenten door kerkelijke besluitvorming zich binnen het kerkverband klem en verloren voelen. Daarbij heeft deze groep van kerken de overtuiging dat het Bijbels geoorloofd is de ambten open te stellen en vastgesteld dat dit in hun geval noodzakelijk is, een plicht, om de ambten open te stellen. Bovendien hebben deze kerken de besluiten jarenlang gerespecteerd; ondanks het feit dat zij het niet eens zijn met de uitspraken van 1998 hebben zij tot ongeveer 2020 die uitspraak gerespecteerd. Doordat binnen de smaldelen van deze plaatselijke kerken de opvattingen over vrouw en ambt inmiddels ook zijn gewijzigd, valt te begrijpen dat daardoor het openstellen van ambten als dringend noodzakelijk is aangemerkt. Vaststaat echter dat verreweg het overgrote deel van de kerken de ambten feitelijk niet hebben opengesteld, ondanks dat er meerdere kerken zijn die bezwaren hebben tegen de synodebesluiten en die zich daar ook niet bij neerleggen. Deze kerken volgen de kerkelijke weg en schorten hun voornemen vooralsnog op. Het Beraad gaat hieraan volledig voorbij en focust zich uitsluitend op de kerken die de ambten wel hebben geopend.
Generieke rechtshandhaving
De vraag of classes en particuliere synoden kerkenraden al of niet vermanen is geen reden om een synode eerder bijeen te roepen. De verantwoordelijkheid ligt bij de classes en particuliere synoden zelf en is het onbestaanbaar dat er, door een vervroegde synode, tot generieke rechtshandhaving wordt besloten. Dat tart ieder beginsel van gereformeerd kerkrecht. Wie de classisverslagen en het optreden van de particuliere synoden enigszins volgt, kan opmerken dat de kerkelijke vergaderingen uiterst behoedzaam en zorgvuldig omgaan met de kwestie en terughoudend zijn om te vermanen, juist omdat sprake is van precaire situaties. Uit dit alles blijkt bovendien dat de bezwaren tegen de besluiten zich niet beperken tot de negentien afgevaardigden die ter synode tegen de uitspraken van de synode hebben gestemd, maar dat zij een representatieve weergave is van het standpunt van plaatselijke kerken. Er is geen enkele haast om dit gevoelige thema snel af te handelen. Het goede gesprek is er bij gebaat om het kleine percentage kerken die de ambten al hebben opengesteld te verdragen en de tijd te nemen. Het is naar gereformeerd kerkrecht ook niet mogelijk besluiten af te dwingen. Het kerkverband mist het zwaard dat uitsluitend aan de burgerlijke overheid is voorbehouden. Nu de thematiek niet Schrift en belijdenis raken, zijn er ook geen gewichtige redenen om met het kerkverband te breken. Dat het Beraad bij voortduring spreekt over het feit dat de thematiek vrouw en ambt wel zouden raken aan de uitleg en het gezag van de Schrift, is misleidend. De synode uitspraak komt niet verder dan dat dit onderwerp ‘mogelijk’ raakt aan Schrift en Belijdenis, maar niet is aangetoond dat vrouw en ambt daadwerkelijk in strijd is met Schrift en belijdenis. Meermalen heeft bijvoorbeeld dr. Bert Loonstra hier op gewezen, zonder dat zijn argumentatie is weerlegd. Er is dus geen sprake van dwaalleer noch anderszins sprake van kerkscheidende omstandigheden, hooguit van een ongelukkige situatie die de kerken op dit punt verdeeld houdt.
Onverstandig
Naast het feit dat het bijeenroepen van een vervroegde synode onnodig is, is het bovendien onverstandig. Het verstoort de lopende besprekingen in de verschillende kerkelijke gremia, het doorkruist de kerkelijke weg die door verschillende kerken wordt gevolgd, maar het belangrijkste punt is dat een groot aantal kerken aangegeven hebben revisie in te dienen tegen de synode uitspraken op de eerstkomende generale synode. Het voorbereiden van dergelijke revisieverzoeken kost tijd en energie. Het komt de zorgvuldigheid van de revisieverzoeken en de behandeling van de verzoeken ter synode niet ten goede als plotseling de onderbouwing van de revisieverzoeken versneld zou moeten worden opgeleverd. Kerkenraden hebben over het algemeen volle agenda’s en het verkorten van de termijn om de gronden voor revisie aan te dragen kan schadelijk zijn voor de kwaliteit van het revisieverzoek. Het onderwerp is te belangrijk om dat noodgedwongen te moeten afraffelen. Dat is niet in het belang van de kerken. Het Beraad wil een oplossing forceren, maar die keuze kan inderdaad een kerkbreuk met zich brengen. En het is te gemakkelijk om uitsluitend de verantwoordelijkheid hiervoor bij de kerken te leggen die de ambten inmiddels hebben opengesteld. Het is een feit dat een substantieel deel van de kerken voor openstelling van de ambten is. Het voortdurend negeren van dat feit en het telkens zich verschuilen achter een kerkelijke uitspraak die eenvoudigweg onvoldoende draagvlak heeft en plaatselijke kerken in gewetensnood brengt, schept voor het Beraad een verantwoordelijkheid als het leidt tot een kerkelijke breuk. De thematiek gaat niet over de grondslagen van Schrift en Belijdenis, de enige basis voor kerkelijk samenleven en het kerkverband. Er is dus alle reden om geduldig en verdraagzaam te zijn, het gesprek te blijven zoeken en te zoeken naar begrip en aanvaardbare oplossingen. Dat is inderdaad geen gemakkelijke opgave, maar wel een opgave die van de kerken gevraagd mag worden. Jezus is Heer en meester van de kerken. Aan Hem zijn de kerken verantwoording schuldig en in Zijn dienst is de opdracht om de eenheid te bewaren, omdat de kerken tot eenheid geroepen zijn.
Gesprek blijven zoeken
Nu het bijeenroepen van een vervroegde generale synode onnodig en onverstandig is, doen de kerken er goed aan dit idee terzijde te leggen en met alle inspanning met elkaar het gesprek te blijven zoeken bij een open Bijbel biddend om de verlichting van de Heilige Geest en in het geloof dat de kerk niet van mensen is, maar van Jezus, de Heer van de kerk. In Zijn naam op hoop van zegen.
Reactie toevoegen